Rajwa Mohamad Rahmoun

Libanon

Ik ben ben Rajwa uit Syrië. Ik ben gevlucht en woon nu met mijn kinderen in Libanon, zonder man. Wat mij ook overkomt, waar ik ook tegen vecht, altijd opnieuw hoor ik: jij bent een vrouw. Jij moet niet spreken. Welnu: vandaag hou ik mijn mond niet.  

IK BEN Rajwa Mohamad Rahmoun.

Ik ben Rajwa Mohamad Rahmoun en kom uit Al-Qusayr, dat ligt in de Syrische regio Homs. Samen met mijn kinderen kwam ik naar Libanon. Wij zijn veilig hier, maar ik weet niet waar mijn man is. Is hij dood? Leeft hij nog? Ik weet het niet …

Ik heb het erg moeilijk. Als vrouw opkomen voor mijn rechten of die van mijn kinderen is hier niet evident. Wat er ook met me gebeurt, telkens krijg ik te horen: “Jij bent een vrouw. Jij hoort niet te spreken.” Toch wil ik van me laten horen en neem ik het op voor mezelf en mijn kinderen. Maar het is een dagelijkse strijd.

Ik scharrel al mijn moed, vastberadenheid en kracht bijeen. Als ik iets te zeggen heb, dan zeg ik het ook. Ik wil niet langer zwijgen en ik wil opkomen voor mijn rechten.

Mijn kinderen geven me moed. Ik hoef maar even naar hen te kijken en vind meteen het geduld en de kracht om van me te laten horen. Door hen voel ik me dapper, waardoor ik kan vechten voor hun rechten.

Mijn zoon heeft een brommerongeval gehad. Hij brak zijn arm en zijn been. Ik kreeg van iedereen de schuld. Ze zeiden dat het mijn schuld was dat hij van de brommer was gevallen. Hij werd naar het ziekenhuis gebracht, waar ik 2.000 dollar moest betalen. Die 2.000 dollar had ik niet. Ik moest bij de buren om geld vragen voor de behandeling van mijn zoon. Ze zeiden: “Ze heeft erom gevraagd. Ze heeft het zelf gezocht. Ze wilde dat haar zoon een brommerongeval zou hebben.” Op weg naar het ziekenhuis vreesde ik dat ik mijn zoon dood zou aantreffen. Hij zei me dat alles goed was, en dat gaf me de kracht om tot het uiterste te gaan en het bedrag bijeen te krijgen voor de operatie.

Waarom ik een brommer voor hem kocht? Zodat hij op zijn werk zou geraken. Het is zijn vervoer.

Als alleenstaande moeder zonder man moet ik van me laten horen, opdat niemand mijn kinderen kwaad zou doen.

We hadden een eigen huis, maar zijn dat nu kwijt en zitten in een kamp waar we helemaal niets meer hebben. We zijn alles kwijt. Maar we leven nog, godzijdank. We moeten hierdoor, hoewel dit leven sterk verschilt met ons leven in Syrië. Ons leven daar valt in niets te vergelijken met ons leven hier.

De mensen zeggen: “Zij is een vrouw. Waarom verheft ze haar stem? Vrouwen moeten zwijgen. Ze heeft toch zonen. Die kunnen voor haar spreken.” Mijn antwoord daarop is: “Nee.” Het is mijn taak om voor mijn kinderen op te komen. Ik ben thuis de vrouw én de man. Dat is wat ik hen blijf zeggen, dat ik de vrouw én de man ben, en dat ik het opneem voor mijn kinderen.

Ik wilde dat we naar ons land konden terugkeren. Kon ik maar mijn ogen openen en terug thuis ontwaken, in ons land.

Ik voed mijn kinderen alleen op. Het is mijn droom dat ze goed worden in al wat ze doen, dat ze altijd de juiste keuzes maken en een succesvol leven hebben. Dat wens ik uit de grond van mijn hart.

Ik wens ook dat vrouwen recht hebben op een eigen leven, dat ze mogen opkomen voor zichzelf en niets onopgemerkt voorbij moeten laten gaan.

Vrouwen vertegenwoordigen de helft van de samenleving. Mannen en vrouwen staan niet langer tegenover elkaar. Helemaal niet. Vrouwen moeten meer rechten krijgen.

Het zijn immers de vrouwen die leven schenken, kinderen opvoeden en families samenhouden. Alles in het leven steunt op de vrouw.

Vrouwen moeten altijd moedig en sterk zijn. Vrouwen vertegenwoordigen de helft van de samenleving en moeten aan het langste eind trekken, want zij doen het meeste. Zonder vrouwen zou er helemaal niets zijn.

 


Dokters van de Wereld is lid van het Consortium 12-12, 11.11.11VEF en Donorinfo.

Contactez-nous

Dokters van de wereld

Doe een gift: BE26 0000 0000 2929

 

Kruidtuinstraat 75, 1210 Brussel
+32 (0) 2 225 43 00
info@doktersvandewereld.be

 

BTW: BE 0460.162.753